Menu

Smeer

Home  >  Producties  >  Smeer

Inhoud

Multatuliteater presenteert SMEER. DE WELDOENER DES VADERLANDS: een vlijmscherp, grotesk spektakel van Jan Arends. Hij inspireerde zich op het Planta-margarineschandaal van 1960. Vervreemding, perversiteit en onderhuidse agressie vieren hoogtij in een doorgeslagen kapitalistische consumptiemaatschappij. Kleine mensen zitten vast in gruwelijke machtsspelletjes en verliezen de trappers. Vol ironie en cynisme houdt Smeer ons een ongemakkelijke spiegel voor.

Dit postuum uitgebrachte stuk werd nog nooit integraal opgevoerd: een primeur voor de Lage Landen!

Het literaire universum dat de Nederlandse auteur Jan Arends (1925-1974) schiep, is er een dat bevolkt is met eenzaten en verschoppelingen. Schaamte en jaloezie, vernedering en genot gaan er hand in hand. In een verhaal als ‘Keefman’ laat Arends een psychiatrische patiënt een bijtende monoloog opvoeren tegen zijn psychiater. In Lunchpauzegedichten etaleert Arends hoe vervreemding, absurde logica en wrange humor samengaan: ‘Als / de slager /zijn vinger / verliest / in de gehaktmolen / dan brengt / die vinger /zijn geld op. / Ja ja / slagers / dat zijn kooplui.’

Enkele jaren geleden dook een verloren gewaande theatertekst op: Smeer, of de weldoener des vaderlands. Arends schreef het stuk rond 1961, toen hij als huisknecht in Brussel werkte. Het verhaal speelt zich af tegen de achtergrond van een voedselschandaal dat Nederland rond 1960 in de greep hield: nieuwe margarine veroorzaakte een gevaarlijke epidemie en veel jeuk. En jeuken doet het in Smeer niet alleen letterlijk: tussen de personages ontspinnen zich venijnige machtsdynamieken die hen tegelijkertijd kwellen en bevredigen. Allen zijn ze onderworpen aan perverse spelletjes die ze zelf gaande houden.

De personages en thema’s die Arends in het stuk verwerkt, zijn constanten in zijn oeuvre en leven: gedweeë mannen en bazige vrouwen, de reclamewereld, decadentie, armoede en waanzin. Personages raken vervreemd van hun omgeving, van elkaar, van zichzelf. In de kleinburgerlijke wereld die hij in Smeer schetst, zit onder elke uitspraak een donkere bodem en is elke geste zowel charmerend als bedreigend. Objecten belichamen de dromen en nachtmerries die de personages achtervolgen en voortdrijven. Een vinger wijst het stof aan op de schappen, een bontmantel verleidt tot een ander leven, een hoed nodigt uit om te goochelen… Arends laat verlangens naar verandering schuren met de dwingende herhaling van ziekmakende patronen. Het maakt van Smeer een gitzwarte komedie: ‘Als ik aan die hoed kom, vliegt de boel in brand. Dan zou alles veranderen.’

 

Over de auteur

Jan Arends had de Multatuliprijs gekregen,  als hij niet uit het raam gesprongen was. Het doel van de prijs was kunstenaars stimuleren, dus men zag af van een postume uitreiking. Arends pleegde zelfmoord de dag dat zijn tweede dichtbundel 'Lunchpauzegedichten' gedrukt werd. Ook in SMEER liggen tragiek en lichtheid dicht bij elkaar.

Regie

9 jaar geleden leerde ik Smeer of de weldoener des vaderlands kennen. Mijn lief nam mij mee naar de boeklancering van de postuum ontdekte theatertekst van Jan Arends. Ik was meteen verkocht. “Dat stuk wil ik ooit regisseren”, dacht ik toen. Vandaag is het zover. Bij Multatuliteater Gent doorzwom ik al vele watertjes als actrice, productieverantwoordelijke, dramaturge en voorzitter. Nu krijg ik er de kans om mijn regiedebuut voor jullie te serveren.

Tijdens Arends’ leven is Smeer nooit tot op de planken geraakt: de regisseurs kregen het met Arends aan de stok omwille van de aanpassingen die ze deden aan de tekst om het stuk speelbaar te maken. Ook wij hebben geworsteld om het stuk tot de essentie te herleiden. Er zitten veel lagen in de tekst: het is een labyrint waarin je kan blijven ronddwalen en je steeds weer aan scherpe hoeken kan stoten. Die ontdekkingstochten zorgden voor boeiende discussies met de spelers en de rest van het team over de grillige personages en het al te menselijke spel dat ze spelen.

Met uitzondering van de vrouw van Geldmaker, Lucie, heeft niemand in het stuk een naam. De personages worden gereduceerd tot de rol die ze spelen als radertje in de economische en maatschappelijke machine: Boekhouder, Minister, Journalist, Reclameman, Copywriter, Geldmaker... Iedereen heeft elkaar nodig om de op hol geslagen machine draaiende te houden. Wie niet snel of geslepen genoeg is, wordt van het veld gespeeld. Pionnen worden naar believen verschoven: de rollen blijven dezelfde, de mens achter het masker is inwisselbaar. Om die rollencarrousel te visualiseren koos ik voor een avontuurlijk regieconcept: elke acteur speelt verschillende personages en de meeste personages worden vertolkt door meerdere acteurs. Er zit een stukje Geldmaker en een stukje Boekhouder in elk van ons. Omgekeerd is een maatschappelijke rol niet vast te pinnen op één type: Geldmakers zijn zowel jong als oud, zowel man als vrouw.

De spelers blijven voortdurend op scène. Wie niet meespeelt is koor: de massa die observeert, reageert, mee heult, applaudisseert, uitjouwt… Het koor versterkt het beklemmende gevoel voortdurend geobserveerd te worden. De schijnbaar onschuldige rol van de getuige, de kijker, de volger wordt blootgelegd als sturende kracht. Het publiek is medeplichtig.

Bedankt aan de prachtige spelersploeg en alle anderen die deze uitdaging met mij aangegaan zijn. Het is een pittige, zachtzoete, pikante, overheerlijke tocht geweest. Het smaakt naar meer. Geniet van Smeer!

Helena Elshout – regisseur

Medewerkers

Regie Helena Elshout
Scenografie Katrien Masson
Productieleiding Gard Albrechts, Mieke De Decker
Regiecoaching Elke Thijs
Dramaturgie Arnout De Cleene
Techniek Frederick Schelstraete
Coaching kostuums Rachid Laachir
Tekstondersteuning Marjolijn Langenbick
Fotografie Sofie Verhoeven

Acteurs



In beeld